Wat is genealogie ?
We gebruiken graag het woord genealogie, omdat het een internationaal begrip is. De oorsprong ligt bij het Griekse woord genealogia, de leer (logos) van het geslacht (genea). Genealogie heeft dus als eerste betekenis de leer van de ontwikkeling en verwantschap van geslachten (families). Meer en meer ligt de nadruk op familiegeschiedenis. Familiegeschiedenis kreeg een ruimere betekenis dan de loutere graatgenalogie. Hoewel we moeten beginnen met primaire gegevens (plaatsen, namen en data van geboorten, doop, huwelijk, eventuele echtscheiding en overlijden), gaat de belangstelling van de familiegeschiedenis ook uit naar de secundaire gegevens (opleiding, militaire dienst, beroep, werk, bezit, hobby's, verenigingsleven, enzovoort). We beschrijven de familie ook in zijn sociale context. Het gaat met andere woorden niet alleen om de louter biologische afstamming, maar bijvoorbeeld ook om het milieu waarin iemand opgroeide.
Maar hoe begin je eraan ?
Er zijn redenen genoeg om zich aan genealogisch onderzoek te wagen. Het is bovendien nog leuk en interessant ook, én het houdt je grijze hersencellen actief ! Maar bezin voor je begint. Velen worden al gauw besmet door het stamboomvirus en geraken dat de rest van hun leven niet meer kwijt. Zoek dus wel je familie op, maar verwaarloos je eigen familie niet. Een goede voorbereiding bespaart je alvast veel tijd en nutteloze stappen. Neem bijvoorbeeld eens een kijkje op www.familiegeschiedenis.be of sluit je aan bij een genealogische vereniging (meer info: www.familiekunde-vlaanderen.be of www.familiekunde-landvanwaas.be).
Omschrijf vooraf goed wat je precies wilt bereiken. Neem, zeker in het begin, niet te veel hooi op je vork. Je hoeft je eigen bloedlijn na een week research niet tot in 1302 te kunnen achterhalen. Dat zal ook niet lukken. In een stamboom moert je langzaamaan opklimmen, het liefst nadat je de eerste generaties goed hebt uitgewerkt. Je kunt natuurlijk in enkele uren opklimmen tot voor 1800. Maar vaak bots je daarna al snel op allerlei moeilijkheden: taal, oud schrift, chronologie (republikeinse kalender), ... Hoe dan ook is onderzoek naar je eigen voorouders een spannende ontdekkingstocht die je, stukje bij beetje, in contact brengt met je vroegere bloedverwanten.
De voorbereiding
De zoektocht naar je familiegeschiedenis begint bij jezelf. Een goede oefening is om eens je eigen familieverhaal op te schrijven. Zoek zoveel mogelijk informatie op over je geboorte, eventuele doop, voornaam en familienaam, geboorteplaats en de woonplaats(en) van je ouders. Dat is een uitstekend beginpunt voor je verdere onderzoek. Je zult merken dat het verzamelen van al die informatie vanzelf heel wat nieuwe onderzoeksvragen oproept.
Hoewel stamboomonderzoek veel speurwerk vereist, zijn de eerste benodigdheden vaak dichterbij te vinden dan je zou verwachten. In de familie zijn meestal al veel gegevens aanwezig. Die vormen de aanknopingspunten om te beginnen met je stamboomonderzoek in openbare archieven. Het gaat vooral om documenten over drie markeerpunten, de belangrijkste levensmomenten van een persoon: geboorte, partnerschap (meestal huwelijk) en overlijden. Breng vervolgens alle familiedocumenten samen. Vraag familieleden om hun documenten te mogen inscannen of fotograferen. Kijk zeker eens of er geen monografie of geschiedenis bestaat van het dorp van oorsprong, de school of de vereniging waarvan je lid was. Zoek naar oude prentbriefkaarten en kaarten. Is het dorp van je roots veraf gelegen, combineer het dan met een toeristisch uitstapje.
Of trek op mondeling onderzoek. Ga familieleden interviewen. Stel vooraf een lijstje op met vragen. Bij voorkeur vragen die je op weg zetten om ontbrekende data aan te vullen. Over hun jeugd, hun opleiding, de plaatsen waar ze hebben gewoond, de familiebijeenkomsten, hun familieleden, hoe man en vrouw elkaar hebben leren kennen, of ze zich engageerden in het maatschappelijke, sportieve, politieke of verenigingsleven. Stel dus gerichte vragen. Soms helpt het om samen foto's te bekijken en zo allerlei vragen en herinneringen op te wekken. Wie weinig of geen documenten thuis of bij familie aantreft, zal zeker iets vinden in documentatiecentra of de erfgoedbibliotheek.
Bezoek het kerkhof
Vaak loont het ook de moeite om zelf op stap te gaan en actief op zoek te gaan naar informatie. Een uitstap naar het kerkhof is daarbij zeker geen overbodige luxe. Vaak vind je er aanvullende informatie, of kun je bepaalde data aftoetsen met wat je ter plekke op de grafsteen vindt. En misschien ontdek je er wel nieuwe zaken, zoals de naam van een vroeg gestorven kind of een dorpsgenoot of vriend des huizes die rond dezelfde periode is overleden. Nuttige site om te zoeken is www.findagrave.com.
De opsomming van familiedocumenten is bijna eindeloos:
- afschriften akten burgerlijke stand (vraag zeker eens je geboorteakte op in het gemeentehuis),
- geboortekaartjes,
- uitnodigingen van doopselvieringen,
- trouwboekjes,
- bidprentjes en rouwbrieven,
- huwelijksaankondigingen,
- huwelijksmenu's,
- oude missalen en kerkboeken (steken soms vol bidprentjes !),
- briefwisseling,
- notariële akten,
- schoolrapporten,
- rekeningen,
- getuigschriften en diploma's,
- palmaressen, klasfoto's, klas- en/of schoolkrantjes,
- een militair zakboekje,
- invaliditeitsbewijzen,
- eretekens,
- nagedachtenissen van eerste en plechtige communie's,
- nagedachtenissen pristerwijding,
- identiteitskaarten, legitimatiebewijzen, paspoorten en ausweis,
- dagboeken,
- nieuwjaarbrieven
- ... en nog veel meer.
Hoe ver kun je opklimmen in je stamboom ?
De meest voorkomende vraag die genealogen te horen krijgen, is: 'En hoe ver zit je al met je stamboom ?' De meeste zoekers zullen met hun genealogie met wat geluk tot in de 17de eeuw kunnen opklimmen. Dit is de 9de generatie, mensen geboren tussen 1660 en 1755. Of iedereen dan zijn 256 voorouders kan terugvinden, is een ander paar mouwen. Voorouders komen mogelijk uit het buitenland en dan is het opzoekingswerk niet onmogelijk, maar toch ingewikkelder en tijdrovender. Wie in West-Vlaanderen woont, heeft veel kans ook voorouders te hebben van 'over de schreve', uit Frankrijk dus. Wie in Limburg woont, mag niet verwonderd zijn als hij met zijn voorouders in Duitsland belandt. Er zijn ook veel familieleden uitgeweken: in de 16de eeuw naar de Noordelijke Nederlanden, Engeland en Duitsland, in de 19de eeuw naar het Franse Noorden en de Verenigde Staten, in de 20ste eeuw naar Zuid-Amerika en Afrika.
Enkele Amerikaanse documenten die betrekking hebben op de emigratie van Leontinus VAN OSSELAER ° 1/3/1881 te Belsele en gehuwd met Bertha PIRON ° 17/3/1886 te Moerbeke + 7/11/1980 te Roseville, Michigan.
Als men echter in rechte lijn bedoelt, is het antwoord heel verschillend. Dit hangt namelijk af van diverse factoren. Hoe hoger op de sociale ladder, hoe meer bronnen bewaard zijn gebleven. Adellijke families kunnen soms heel ver geraken met hun stamboom, tenminste als het gaat om heel oude adel. De vele familiearchieven laten niet alleen adellijke families toe ver terug te gaan in het verleden, ook heel gewone families vinden er soms rijk bronnenmateriaal.
Een andere factor is de regio waarin je zoekt. Zo bezitten de vroegere gebieden van de kasselrijen Oudenaarde en Kortrijk ononderbroken bronnen (poorterslijsten, weesakten, weesrekeningen, staten van goed) die opklimmen tot de 14de eeuw en zelfs de 13de eeuw. Ook de kasselrij Veurne is rijk aan bronnenmateriaal. Wie dus in deze streken zoekt en het geluk heeft dat zijn voorouders buitenpoorters waren van Oudenaarde of Kortrijk zal mogelijk tot voor 1400 kunnen opklimmen. Het gaat dan niet om adellijke families, maar eenvoudige landbouwers. Uiteraard zullen de genoemde bronnen niet altijd volstaan, maar die kunnen aangevuld worden met gerechtelijke bronnen, tellingen, rekeningen, wettelijke passeringen (of akten en contracten). Bronnen met elkaar confronteren is een noodzaak om een verre voorouder terug te vinden.
Oude familiefoto's: weggooien of ... ?
Het is een bekend verhaal. Bij het opruimen van het huis van je grootouders vind je een schoendoos vol oude zwart-witfoto's. Er zitten er zelfs bij in een nostalgische sepiakleur en op dik karton. Je hebt geen idee wie erop staat, maar ze hebben wel met je familie te maken en dat maakt je nieuwsgierig.
Herkenbaar ? Je bent zeker niet de enige met dit probleem. Maar wat doe je ermee ? Gewoon weggooien ? Dat is wel heel radicaal. Als je die oude foto's weggooit, wis je voor altijd een stukje familiegeschiedenis uit. Niemand zal er ooit nog onderzoek naar kunnen doen. Een foto kan nochtans heel wat vertellen, zelfs al weet je niet precies wie erop staat. Gooi ze dus niet weg. Bewaar ze zorgvuldig, geef ze desnoods aan een familielid die er wel interesse voor heeft. Of misschien is het gemeentearchief, de heemkundige kring of genealogische vereniging wel geïnteresseerd ?
Een stamboom geïllustreerd met familiefoto's ziet er zoveel beter uit. Foto's zijn aantrekkelijk als illustratie, en vaak worden ze alleen daarvoor gebruikt. Maar er zit zoveel meer in een foto. Elke foto vertelt een eigen verhaal, dat je kunt ontdekken en aan je familiegeschiedenis toevoegen. Wanneer en bij welke gelegenheid is de foto genomen ? Wie was de fotograaf ? Welke kleren droegen ze, en wat vertellen die over de persoon in kwestie ? Kijk naar de achtergrond. Hoe zag de straat eruit ? Welke meubels waren er in het ouderlijk huis te vinden ? Kijk naar de kleinste details. Misschien herken je wel juwelen of sieraden die van generatie op generatie zijn doorgegeven ? Is dat een horloge-ketting ? Welke bloemen zijn dat en wat kunnen die betekenen ? Waarom ligt dat boek zo prominent in beeld ?
Het is echt speurwerk, veelomvattend en er kruipt veel tijd in, maar het resultaat loont. Het gevoel dat je krijgt als je ontdekt dat het stijlvolle meisje op die vergeelde foto je betovergrootmoeder is op haar zestiende verjaardag, is onbeschrijflijk. Je voelt je verbonden met je voorouders. Foto's hebben de kracht om mensen dichterbij te brengen over de tijd heen.
Lukt het niet zoals je had gewild ? Een specialist kan je helpen bij de datering, analyse en identificatie en nuttige tips geven. Voor meer info kan je terecht op de site van Peter Eyckerman.